Gelet op de diverse initiatieven van de stad in verband met handelsondersteunende projecten in het kernwinkelgebied, met name bedoeld om de centrumfunctie van het kernwinkelgebied en de handelsfunctie te versterken en meer uitstraling te geven;
Gelet op het feit dat het redelijk is, de (rechts)personen die voordeel halen uit de initiatieven die de stad neemt in verband met handelsondersteunende projecten in het kernwinkelgebied, te laten bijdragen in de kosten ervan; het staat buiten kijf dat de commerciële vestigingen in het kernwinkelgebied hier voordeel uit halen;
Gelet op het feit dat het kernwinkelgebied als commerciële kernzone wordt beschouwd en objectief werd afgebakend;
Gelet op het feit dat de tariefdifferentiatie op basis van de ligging verantwoord wordt door het feit dat de zones zijn opgedeeld naarmate de meer aantrekkelijke en gunstigere ligging; dat hierbij ook rekening wordt gehouden met de mate waarin men geacht wordt voordeel te halen uit de diverse initiatieven inzake handelsondersteuning;
Overwegende dat de oppervlakte van publiek toegankelijke ruimten van commerciële vestigingen grotendeels bepalend is voor het commercieel profiel en de uitstraling van de zaak; dat hiermee ook rekening wordt gehouden met het bijdragend vermogen van de commerciële vestiging;
Gelet dat het daarom passend is dat de stad het belastingtarief differentieert naargelang de oppervlakte en de ligging;
Overwegende dat een redelijke verhouding tussen het oppervlaktecriterium en de tarieven van de belasting wordt nagestreefd;
Gelet op het feit dat de beoefenaars van een vrij beroep, sociale dienstverleners en overheidsdiensten niet betrokken worden bij en geen voordeel halen uit de specifieke acties voor het versterken van de commerciële activiteit van het kernwinkelgebied, en aldus vrijgesteld worden van de belasting;
Overwegende dat de stad het gepast acht om een vrijstelling van belasting te voorzien voor de natuurlijke of rechtspersoon die zijn/haar vestiging gedurende het aanslagjaar slechts dertig dagen of minder heeft kunnen uitbaten;
Er wordt voor de periode van 1 januari 2022 tot en met 31 december 2025, ten voordele van de stad Lommel, een belasting geheven op de voor het publiek toegankelijke ruimten van commerciële vestigingen, gelegen binnen het afgebakend kernwinkelgebied van de stad Lommel.
Onder publiek toegankelijke ruimten van commerciële vestigingen dient onder meer te worden verstaan: handelszaken (klein- en groothandel), commerciële dienstverleners (financiële en zakelijke diensten, met inbegrip van uitzendkantoren), ambachten en horecazaken.
De belasting is verschuldigd door de natuurlijke of rechtspersoon die op 1 januari van het aanslagjaar een voor het publiek toegankelijke commerciële vestiging uitbaat die binnen het afgebakend kernwinkelgebied van de stad Lommel gelegen is.
Zo er meerdere belastingplichtigen zijn, zijn deze hoofdelijk gehouden tot de betaling van de algehele belasting.
Van de belasting zijn vrijgesteld:
Deze belasting wordt berekend per vierkante meter netto handelsoppervlakte van de vestiging. Een gedeelte van een vierkante meter wordt voor een vierkante meter aanzien. Onder netto handelsoppervlakte wordt bedoeld de oppervlakte bestemd voor verkoop en toegankelijk voor het publiek, met inbegrip van de niet overdekte oppervlakte, de kassazones, de zones die zich achter de kassa’s bevinden alsook de inkomruimten die gebruikt worden om waren uit te stallen of te verkopen.
De gebiedsomschrijving van het handelscentrum wordt opgedeeld in twee zones die nader worden omschreven in artikel 5:
TARIEVEN ZONE I
Het tarief voor de publiek toegankelijke ruimten van commerciële vestigingen bedraagt:
1) voor een netto handelsoppervlakte van : 0 m² tot en met 100 m² : € 225,00
2) voor een netto handelsoppervlakte van: 101 m² tot en met 500 m² : € 350,00
3) voor een netto handelsoppervlakte van: 501 m² tot en met 1.000 m² : € 500,00
4) voor een netto handelsoppervlakte van: meer dan 1.000 m² : € 1.000,00
TARIEVEN ZONE II
1) voor een netto handelsoppervlakte van : 0 m² tot en met 100 m² : € 112,50
2) voor een netto handelsoppervlakte van: 101 m² tot en met 500 m² : € 175,00
3) voor een netto handelsoppervlakte van: 501 m² tot en met 1.000 m² : € 250,00
4) voor een netto handelsoppervlakte van: meer dan 1.000 m² : € 500,00
De gebiedsomschrijving wordt vastgesteld als volgt:
ZONE I – hoog tarief (kernwinkelgebied + handelscomplexen)
Dorp
De Vryheyt
Galerij Vivaldi met adres Kerkstraat
Gasstraat van Dorp tot Prinses Astridpark
Kerkplein nrs. 4 tem 19
Kerkstraat
Lepelstraat nrs. 1, 2, 4, 6 en 8
Mudakkers van Kerkstraat t.e.m. hoek Rijksschoolstraat en t.e.m. nr. 10
Vreyshorring deel van Dorp tot aan Hees (t.e.m. nr. 29)
Handelsgeheel t/p Binnensingel nrs. 29-33
Handelsgeheel t/p Binnensingel nrs. 46-54
Handelsgeheel t/p Buitensingel nrs. 12-20
Handelsgeheel t/p Buitensingel nrs. 60/x
ZONE II – laag tarief
Adelbergpark
Adelberg van kruising Lepelstraat tot kruising Sleutelstraat
Binnen- en Buitensingel tussen Balendijk en Hoeverdijk, met uitzondering van de handelscomplexen
Einde van Kerkplein tot kruising Onderwijsstraat en nr. 24
Einderpad van Dorp tot Rodekruisstraat
Galerij Vivaldi met adres Michiel Jansplein
Gasstraat van Prinses Astridpark tot Adelberg
Hertog Janplein
Heerdgang
Kloosterstraat van Kerkstraat tot Koning Albertlaan (t.e.m. nrs. 49 en 72)
Koning Leopoldlaan van Kerkplein tot Koningin Astridlaan
Lepelstraat vanaf nrs. 5 en 10 tem nrs. 69 en 88
Michiel Jansplein
Molsekiezel van Dorp tot kruising Klachtloopstraat-Sleutelstraat
Rodekruisstraat van Kerkstraat tot Einderpad
Stationsstraat tussen Kerkplein en Ringlaan
Vreyshorring vanaf nrs. 26 en 33 tot kruising Don Boscostraat en t.e.m. nr. 80
De belasting is ondeelbaar verschuldigd voor het hele jaar.
Elke belastingplichtige heeft een jaarlijkse aangifteplicht. De belastingplichtige ontvangt jaarlijks vanwege het gemeentebestuur een aangifteformulier dat door hem, behoorlijk ingevuld en ondertekend, voor de erin vermelde datum moet worden teruggestuurd. De belastingplichtige die geen aangifteformulier heeft ontvangen, is gehouden uiterlijk op 31 december van het aanslagjaar, aan het gemeentebestuur de voor de aanslag noodzakelijke gegevens ter beschikking te stellen. Een belastingplichtige die niet spontaan een aangifteformulier gekregen heeft, kan dit op eenvoudig verzoek bekomen.
Hierbij geldt telkens de postdatum als bewijs. Bij afgifte aan de balie van het stadhuis geldt de datumstempel inkomende post als bewijs.
Bij gebrek aan aangifte binnen de voorziene termijn of in geval van onjuiste, onvolledige of onnauwkeurige aangifte vanwege de belastingplichtige, wordt de belasting ambtshalve ingekohierd.
Vooraleer wordt overgegaan tot de ambtshalve vaststelling van de belastingaanslag, betekent het college van burgemeester en schepenen aan de belastingplichtige per aangetekend schrijven, de motieven om gebruik te maken van deze procedure, de elementen waarop de aanslag is gebaseerd evenals de wijze van bepaling van deze elementen en het bedrag van de belasting.
De belastingplichtige beschikt over een termijn van 30 kalenderdagen te rekenen van de 3de werkdag volgend op de datum van verzending van de betekening om zijn opmerkingen schriftelijk voor te dragen.
De ambtshalve vaststelling van de belastingaanslag kan slechts geldig worden ingekohierd gedurende een periode van drie jaar volgend op 1 januari van het aanslagjaar. Deze termijn wordt met twee jaar verlengd bij overtreding van de belastingverordening met het oogmerk te bedriegen of met de bedoeling schade te berokkenen.
De ambtshalve ingekohierde belasting wordt verhoogd met een bedrag gelijk aan 10% van de verschuldigde belasting. Het bedrag van deze verhoging wordt gelijktijdig en samen met de ambtshalve belasting ingekohierd.
De belasting wordt ingevorderd door middel van een kohier dat wordt vastgesteld en uitvoerbaar verklaard door het college van burgemeester en schepenen. De belasting moet betaald worden binnen twee maanden na verzending van het aanslagbiljet.
De belastingschuldige of zijn vertegenwoordiger kan bezwaar indienen tegen deze belasting bij het college van burgemeester en schepenen. Het bezwaar moet schriftelijk worden ingediend en worden gemotiveerd. De indiening moet, op straffe van verval, gebeuren binnen een termijn van drie maanden te rekenen vanaf de derde werkdag volgend op de datum van verzending van het aanslagbiljet of vanaf de kennisgeving van de aanslag.
Dit besluit wordt bekendgemaakt overeenkomstig artikel 286, 287 en 288 van het Decreet over het lokaal bestuur. De toezichthoudende overheid wordt hiervan op de hoogte gebracht overeenkomstig artikel 330 van het Decreet over het lokaal bestuur.
Het raadsbesluit van 25 mei 2021 wordt opgeheven.